Juryrapport Gods Palingboer

Regie: Rita de Haas
Auteur: Ger Beukenkamp
Gezien op: 18-6-10

STUKKEUZE
We begrijpen niet goed op wat voor grond het gezelschap dit script heeft gekozen – voelde ze zich aangetrokken tot de komische kant of tot de inhoud? Die twee invalshoeken lijken ons wel verenigbaar in dit geval, maar dat kan alleen met meer aandacht voor en inzicht in het effect van de gemaakte stijlkeuzes. De weg van de klucht wordt ingeslagen en niet die van de tragikomedie.

REGIE EN BEWERKING
De spelersgroep heeft talenten waar de regie soms goed gebruik van maakt. Maar de veelvuldig gemaakte keuze voor de kluchterigheid doet alleen recht aan de natuurlijke behoefte van de individuele spelers om te scoren en is niet ondersteunend aan de inhoud van het stuk.
Het resultaat is dat het publiek op de lach gaat zitten wachten. Het stuk gaat ook over de vernietiging van iemands persoonlijk leven, maar daarover wordt in deze uitvoering alleen maar gelachen en dat doet geen recht aan de kwaliteit van de tekst en aan de filosofische vraag naar de maakbaarheid van God, waar in het programmaboekje wel aan wordt gerefereerd.
Die inhoud zou zeker met deze spelersgroep ook mogelijk zijn. Op deze manier kloppen de gevoeligere scènes soms ook niet. De gekozen spreektoon staat dan te ver af van mensen die iets mee hebben gemaakt. In die zin is volgens ons het stuk niet helemaal begrepen – er is niet voldoende nagedacht over het effect van de manier waarop gespeeld wordt. De zelf toegevoegde slotzin bevestigt dit; ook hier is nadrukkelijk gekozen voor een grappige aanpak.

VORMGEVING
Verzorgd, en met genoeg suggestie van de locatie. De tweedeling werkt mooi, het achtertoneel werkt prima. Dat dat deel hoger is en verder weg maakt het heel natuurlijk om de daar gespeelde scenes op te vatten als in de de verleden tijd, zelfs in een ander tijdvak door de grauwere kleuren.
De campingsfeer is iets minder geloofwaardig, de plaatsing van de stoelen op een rijtje rechtsvoor doet wat knullig aan.
De belichting maakt een lekker smakelijk verschil tussen de twee ruimtes, met een mooi slotakkoord in de kapel; dat is goed gedaan.
Muziek en geluid – Jammer van de zwalkingen in volume, soms was het zo hard dat je oren er pijn van deden. De flamencomuziek was prachtig en niet te eenvoudig zodat het fijn bleef om ernaar te luisteren, waardoor de lengte van de changementen geen probleem meer was.
De kostuums pasten bij de keuze van de regie, maar waren dus wat ons betreft niet passend. De jaren vijftig waren mooi gedaan, met smaak. De camping was niet passend, de pruiken waren te bizar.

SPEL ALGEMEEN
Er werd met veel inzet gespeeld en behoorlijk goed samengespeeld, naar elkaar geluisterd. Soms werd de tekst wel goed geplaatst naar de medespeler maar werd de reactie niet ontvangen. Omdat er te veel gewerkt is vanuit ideeën van wat leuke personages zouden zijn, werden het geen mensen van vlees en bloed en waren de gedragskeuzes tamelijk clichématig. Een bijzondere uitzondering was de eerste scene na de pauze waarin opmerkelijk authentieker werd gespeeld – het hoogtepunt was voordat de tekst begon.
Wees voorzichtig dat je als speler in een bijrol niet te veel aandacht opeist; soms leken mensen op grappigheid te willen scoren op een manier die de inhoud van de scene negeerde.

SPEL INDIVIDUEEL
Miranda – Marjolein Brouwer
Heel veel inzet. Tip is om schouders en nek te leren ontspannen tijdens het spelen. De stem raakt erdoor op slot, en de tekst verliest daardoor aan kracht. Een tip is om niet te veel uit te willen drukken, maar op een ontspannen manier te praten; de expressie komt vanzelf wel mee.
De enorme drive van de dochter om haar moeder te helpen uit liefde maakte ze mooi zichtbaar.

Jil – Patty de Braal
Ze heeft alles groter gemaakt dan de werkelijkheid, het personage had meer indruk kunnen maken als ze dichter bij de realiteit was gebleven. Het kluchterige uitgangspunt heeft haar, denken wij, erg dwarsgezeten. Ze overspeelde zich in de heftigheid, daardoor was er te weinig nuance en dynamiek.
De wezenloze adoratie voor Lou was geloofwaardig, net als de manier waarop ze binnenkwam in de sekte. Hoogtepunt was het huilen in de rolstoel.

Henk – Remco Lodeweges
Hij speelde, ons inziens, niet kluchterig. De heftigheid die hij vaak koos zat aan de buitenkant. Het afgrijzen was soms raak maar de gekozen uitingen hielpen hem niet – zo heel erg afgewend zitten, hijgen enz. De afschuw voor de sekte was omgezet in handelingen, die waren over het algemeen niet subtiel maar zeker wel kloppend.
In zijn laatste dialoog met Lou was hij mooi en oprecht.

Rolf / volgeling – Marinus Geradts
Geinig type, door vreemde tekstzegging die soms behoorlijk raak was. Hij was een aardige sul die heel zorgzaam was. Zijn ondergeschiktheid aan Jil maakte het in enige mate geloofwaardig dat hij en Jil een paar waren, al was er niet veel liefde te zien.
De timing van de tekst was soms wat stroef in samenspel, maar de intonaties waren wel intrigerend.

Lou – Ron Strijaards
Hartstikke goed gespeeld. Ron maakte subtiele schakels die in zijn ogen schitterend af te lezen waren, je kon hem zien denken. Hij was bezield, bezeten, zonder dat het overdreven was. Het publiek moest op een andere manier om hem lachen, juist omdat hij zo authentiek was en van binnenuit speelde. De toon was fijn.
Hij wist precies wat hij deed met die preken; daarin legde hij een grote en bijzondere vaardigheid aan de dag. Hij is geen moment doorgeslagen naar het waanzinnige en dat maakte zijn personage des te fascinerender.
Soms was er ineens zo’n kwetsbaarheid ten opzichte van Mien, dat was ontroerend. Dan werd hij een klein ventje. Ook daarin had Ron een uitstekende timing die soms heel humoristisch werkte.

Mien – Loes Bleijenga
Het hallelujagevoel speelde ze heel goed, het godsdienstig fanatisme.
Jammer dat Loes niet meer kwetsbaarheid liet zien – die mogelijkheid was er wel, vooral omdat Mien eigenlijk wel echt veel om Lou gaf. In de sterfscene was er een mooie kans om meer terug te nemen, de liefde te laten voelen. Dan hadden we meer kunnen begrijpen waarom die twee bij elkaar waren. Daaronder zat ook iets anders dan de grootheidswaan en manipulatiedrift – die goed werden gespeeld. Dan was het ook een mens geworden die niet weet hoe ‘t zit.
Het snerende, groteske was ook zeer geloofwaardig en soms zelfs schokkend.

Jan – Ronald Tellekamp
Hij speelde spannend op het randje van typematig en ingeleefd, dat boeide en verdeelde de jury ook – sommige juryleden vonden het niet meer geloofwaardig, anderen wel. Het was een rake manier om een door zijn jeugd beschadigd mens neer te zetten.
Fijn dat hij niet zo’n overspannen toon aansloeg maar juist heel ontspannen was. Hij verinnerlijkte de rol.
Hij speelde goed dat hij bij de herinneringen in zichzelf verdween.

Carla / volgeling – Astrid Wierenga
Prettige nuchterheid als Carla, maar wel onwaarschijnlijk dat zij de echtgenote was van zo’n beschadigde man.
De scènes over de condoomautomaat waren raak.
De verhouding tot de andere personages (schoonmoeder en man) bleef onduidelijk.
Als volgeling was ze heel clichématig en liet teveel de hele tijd zien dat ze onderworpen was, te druk in haar spel.

Bertje / volgeling – John Roos
Mooie zangstem en goed de verantwoordelijkheid genomen daarmee in de groepsscènes.
Hij gaf als speler blijk van een neiging het applaus te willen trekken, te gaan voor eigen succes. Dat viel nu aardig samen met het personage van travestiet.
Hij geeft zijn medespelers niet de kansen om te schitteren; meer spelen in dienst van de ander zou ook zijn eigen spel ten goede komen.
Goed gevoel voor humor. Het spel met de waaier was geweldig getimed.

Hanneke / volgeling – Marjon van der Vegt
Met enthousiasme gespeeld, ze gooit zich in zo’n rol.
Kleine rollen zijn heel moeilijk omdat het lijkt alsof er niet zo veel inzit. Toch is de tip: diep die personages helemaal uit, en maak een duidelijkere keuze voor wie je bent – waarom wil je een man in je bed, waarom ben je zo? Dat kan leiden tot meer verrassend gedrag, een specifieker personage. Nu leek de speelster soms om het personage heen te willen om zelf te schitteren.
Als Hanneke gebruikte ze haar lijf goed, bijvoorbeeld in het laten zien dat je met een doel afloopt.
Ze zette zich sterk in voor het ensemble van volgelingen en was daarin een bepalende kracht.

Gertie / volgeling – Yvonne van Schendel
Ze speelde in verschillende stijlen. Hoe rustiger en dichter bij zichzelf, hoe mooier we het vonden. Als luisterende volgeling in de scene na de pauze was ze prachtig om te zien en trok ze veel aandacht omdat ze volledig oprecht overkwam.

Vrouw in Frascati – Marlolein Zwaard
Leuk dat er zo’n vrouw in jaren vijftig kleding tussen het publiek zat, het effect wat haar ‘opkomst’ sorteerde was uitstekend. Goede toon geraakt.

Mijnheer Meeuws / campinggast – Alex ‘t Lam
Heel goed, zeer overtuigend. Perfect de streng gereformeerdheid (?) neergezet. Zijn gestiek kwam helemaal voort uit zijn welgemeende energie. Indrukwekkende: zelfs aan zijn oogbewegingen kon je zien hoe hij nadacht en incasseerde.

ALGEMENE INDRUK
We hebben de invalshoek niet begrepen en vinden de speelstijl(en) geen recht doen aan de filosofische en psychologische kant van het stuk die heel interessant is. Vermeldenswaardig is dat het publiek in het begin heel erg op de lach reageerde maar zich later ook, naar ons idee, geen raad meer wist met de kluchtigheid van de personages.
We hebben soms ijzersterk oprecht spel gezien dat echt raakte.